Werkgevers die meer dan 60 procent van hun personeel in de deeltijd-WW willen stoppen, mogen maximaal negen maanden een beroep doen op deze regeling. Dat heeft minister Donner van Sociale vorige week geschreven in een brief aan de Tweede Kamer.
Momenteel maken ongeveer 40 duizend werknemers gebruik van de deeltijd-WW. Dat blijkt uit een evaluatie die Donner ook naar de Tweede Kamer heeft gestuurd. Bedrijven kunnen nu maximaal vijftien maanden een beroep doen op steun van de overheid. Door de criteria aan te scherpen, hoopt Donner te voorkomen dat werkgevers snel en nagenoeg het gehele personeelsbestand in de deeltijd-WW ‘parkeren'. Iets wat nu gebeurde, waardoor de pot van 375 miljoen euro voor deze noodmaatregel alweer bijna leeg was. Om die reden zette Donner de regeling anderhalve week geleden stil.
Scholingsplan
De minister heeft nu 175 miljoen extra uitgetrokken (totaal dus 550 miljoen euro beschikbaar) voor verlenging van de deeltijd-WW, maar hij heeft tegelijkertijd de voorwaarden fors aangescherpt. Een bedrijf krijgt hooguit een jaar steun als het voor 30 tot 60 procent van het personeel een beroep doet op de overheid. In de brief aan de Tweede Kamer kondigt Donner aan ook meer eisen aan het scholingsplan te stellen. Dit zou periodiek door het UWV moet worden getoetst.
De wijzigingen in de regeling moeten ervoor zorgen dat werkgevers zorgvuldig kijken of en in welke mate deeltijd-WW de beste oplossing is voor de problemen die zij hebben vanwege de crisis. "De beschikbare middelen worden op een meer gerichte en eerlijke manier ingezet", aldus de minister. Na overleg met de Tweede Kamer wordt de nieuwe regeling definitief vastgesteld.